Interview Coen Smits, Global R&D Director Trouw Nutrition
Coen Smits: “Kijk rond in de wereld”
“Maak gebruik van je studententijd om rond te kijken in de wereld”, is het advies van Coen Smits van Nutreco aan Wageningse studenten: “Het kan een eyeopener zijn om de veeteelt in het buitenland te bekijken.” Smits heeft dat zelf ervaren tijdens en na zijn Veeteeltstudie in Wageningen. Ook voor Nutreco, waar hij sinds 1997 werkzaam is, was hij veel in het buitenland, onder meer als pluimveeonderzoeker in Spanje.
Sinds 2000 is Smits terug in Nederland, waar hij manager werd van achtereenvolgens het Swine Research Centre en het Ingredients Research Centre van Nutreco. In 2018 werd hij R&D directeur voor Trouw Nutrition wereldwijd. Trouw Nutrition en Skretting zijn de twee poten van Nutreco, met als slogan ‘Feeding the Future’ en diervoeders als kernactiviteit.
Onderzoek en ontwikkeling
Bij Nutreco werken wereldwijd 12.000 mensen, het bedrijf heeft meer dan 100 productielocaties in ruim 37 landen en draait een jaaromzet van bijna 6,5 miljard euro.
Ten behoeve van onderzoek en ontwikkeling heeft Nutreco elf onderzoekscentra, waar in totaal 250 mensen werken. Trouw Nutrition heeft onderzoekscentra in Spanje (pluimvee), Canada (alle diersoorten) en Nederland (varkens, rundvee, research lab). Validatie-onderzoekers in Azië, Europa, Brazilië en Noord-Amerika werken in een wereldwijd netwerk met meer dan 100 universiteiten. “De R&D-afdelingen zijn diersoortgericht, maar daarnaast hebben we een Ingredients Research Centre, een Modellen en Data Science groep en een ‘Discovery’ afdeling”, vertelt Coen. Die laatste tak werkt nauw samen met de ‘NuFrontiers’ afdeling van Nutreco: “Doel is om te investeren in nieuwe technologieën, veelal door relevante startups en scale-ups – bijvoorbeeld op het gebied van digitale technologie, nieuwe eiwitbronnen en kweekvlees – in de gaten te houden”, legt de R&D-directeur uit. Hij ziet steeds meer diversiteit in marktconcepten op het terrein van voeding en levensmiddelen. Dat biedt kansen voor Nederlandse veehouders, omdat zij zich kunnen onderscheiden met (merk)producten met een meerwaarde. De markt voor alternatieven voor dierlijke producten breidt zich ook uit: “Naast plantaardige vleesvervangers kan ook kweekvlees een alternatieve optie zijn, als de productie opgeschaald wordt en de prijs daalt.” Kweekvlees zal voorlopig wel een heel klein segment blijven en de komende 10 jaar voorziet Smits op de wereldmarkt zeker geen verdringing van vlees, melk en eieren door kweekvlees. Vooral omdat de vraag naar voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong wereldwijd blijft stijgen door bevolkingsgroei en toenemende welvaart.
Nederland is nog steeds koploper op het gebied van veehouderij. Smits verwacht dat deze goede positie in agri-innovaties wel behouden blijft, maar om het kennis- en innovatieniveau op peil te houden is het wel cruciaal dat er in Nederland een sterke primaire sector blijft bestaan. “Veehouderijbedrijven staan momenteel onder druk, maar ik verwacht dat de sterke en innovatieve bedrijven wel blijven bestaan. Nederland zal dus ook in de toekomst relevante Agri&Food-expertise kunnen blijven exporteren, zeker omdat we een uitstekende infrastructuur hebben, met korte lijnen tussen onderzoeksinstellingen en het bedrijfsleven”, zegt Coen.
Nutreco en Wageningen
“WUR is nog steeds hofleverancier van Nutreco als het gaat om onderzoekers”, lacht Smits: “We houden nauw contact met de universiteit, enerzijds om goede studenten snel binnen te halen, maar ook om gezamenlijk onderzoeksprojecten op te pakken.” De veehouderij in Nederland heeft te maken met de transitie naar kringlooplandbouw en de invulling van de duurzaamheidsagenda: “Dergelijke ontwikkelingen bepalen mede de innovatieagenda van Nutreco”, legt Smits uit. Belangrijke thema’s daarin zijn gezondheid van mens en dier (denk aan reductie antibioticagebruik en bestrijden van zoönoses), efficiënt gebruik van grondstoffen plus reductie van emissies (via precisievoeding en verhogen van productie-efficiëntie) en circulariteit (oftewel het omzetten van laagwaardige grondstoffen in hoogwaardige producten en het efficiënt inzetten van reststromen in diervoeding).
De WUR is een topuniversiteit, met een goede balans tussen traditionele landbouwkennis en vernieuwende en kritische inzichten. Die balans, en het onderlinge debat (zowel binnen als buiten de universiteit), is erg belangrijk voor alle betrokkenen, vindt Smits.
Ten slotte
Coen Smits is geboren en getogen in Odiliapeel, op het gemengde familiebedrijf dat zijn grootvader in de Peel begon. Na zijn afstuderen in Wageningen werkte Smits een aantal jaren als varkensonderzoeker bij De Schothorst: “Een leerzame tijd, waarin ik veel ‘de boer op ging’ en veel contact had met veehouders, dierenartsen en voorlichters.”
Het belang van netwerken staat voor hem dan ook buiten kijf: “Dat begint al tijdens de studie, waar je actief kunt zijn in het verenigingsleven, maar ook daarna zijn alumninetwerken, zoals NZV, erg belangrijk.” Nutreco is al vele jaren een belangrijke sponsor van NZV en Coen heeft zich voorgenomen om vaak deel te nemen aan de vele activiteiten voor alumni en studenten die de NZV jaarlijks organiseert. “Een alumninetwerk, zoals NZV voor de dierwetenschappers, is nuttig om je Wageningse contacten te behouden. Soms realiseer je je dat pas weer als je er na je afstuderen mee in aanraking komt”, lacht Smits. Vergeet dus niet om lid te worden van NZV na je afstuderen!